Door Antje von Graevenitz
*Kennelijk hebben we niet genoeg oog voor het kleine, het moet vergroot worden. Althans zo lijkt het in een Picasso-tentoonstelling over diens Tauromachia in Londen, waar naast de kleine of middelgrote etsen de afbeeldingen ook supergroot op de muur worden geprojecteerd. Dat overweldigt en wekt een ‘wow’- gevoel op. Dit effect heeft ook het splinternieuwe Design Museum in Londen, dat met zijn enorme hal als een nieuw Louvre voor vormgeving voelt. Design moet groots aandoen. Geen oog voor het minieme, of toch wel?
Whitechapel Gallery, ooit gebouwd voor een achtergebleven arbeiders- en migrantenwijk buiten het centrum van de metropool, lijkt dan een verademing. Er is in drie ruimtes van normale grootte een foto-tentoonstelling over ‘stof’ ingericht. En de foto’s van die 'Handful of Dust‘- show over dat grijze ‘iets‘ vervelen geen moment! De mogelijkheden die curator David Campany heeft aangeboord zijn haast onbegrensd: stof, vingerafdrukken die met een beetje stof erop weer zichtbaar worden gemaakt, luchtopnames, stofstormen en hun gevolgen voor de mens, ook oorlogsresten. En tenslotte, met een grote sprong: minimal- en conceptkunst rondom stof uit de jaren 60/70. Kortom: stof veroorzaakte zijn eigen kunstgeschiedenis.
Het begon allemaal met de legendarische foto die Man Ray in 1920 van het nog onaffe ‘Grote Glas’ van Marcel Duchamp maakte. Deze was voor een paar maanden naar Parijs vertrokken en had zijn vriend toegestaan zijn appartement in New York te gebruiken. Er was stof overal, soms in dikke vlokken. Maar Man Ray had vooral oog voor de laag stof op het ‘Grote Glas‘, dat hij op een zaagtafel vond. De natuur had elke transparantie ingewisseld voor een stof-landschap. Althans zo leek het Man Ray en hij nam er een foto van. Als gimmick noemde Ray (de Amerikaan verhuisde later naar Parijs en werd er een toonaangevend fotograaf) het resultaat ‘Élevage de poussière (Dust Breeding)‘. Duchamp‘s werk eronder was aan 'de bruid' gewijd en kreeg de titel ‘La marieé mise à nu par ses célibataires, même‘ (1915-23).
De dubbelzinnigheid van het minieme materiaal uit de realiteit (als foto een soort ready-made) en de verschijning van iets zo groots als een landschap intrigeerde hem. En niet alleen hem: in Parijs werd het een door dichters en surrealisten gretig geaccepteerd kunstwerk, dat in tijdschriften als Littérature (1922), Document (1929) en Monotaure (1935) werd afgebeeld en ook daarna steeds weer als een soort bewijsstuk voor de dubbelzinnigheid van perceptie en kunst-filosofie werd geciteerd. Georges Bataille schreef een tekst over ‘poussière‘, waarin hij The Sleeping Beauty noemde, die als Doornroosje door honderd jaar oude stof haar weg naar de vrijheid moest zoeken toen ze na zo lange tijd slapen wakker werd.
Er blijkt veel over stof te vertellen. En dat niet alleen op de tentoonstelling maar vooral ook in de tweedelige publikatie van David Campany. Daarin verbindt hij een uitvoerige en vermakelijke analyse van Man Ray‘s stof-icoon en Duchamp‘s 'fond' met interessante en aangrijpende verhalen over vergelijkbare foto’s van luchtopnames, de gevolgen van een legendarische stofwolk in Kansas City, de atoombommen op Nagasaki en Hiroshima of ruïnes in Koeweit en Kaboel. Stof wordt vaak automatisch geassocieerd met as ('ashes to ashes'). Er hangt in Whitechapel ook een foto van Batailles stofloze graf die meteen aan as laat denken.
Daarna is er de grote sprong naar de beeldende kunst met Victor Burgins stofopnames, die achter elkaar op een vloer geplaatst de vorm van een fictief pad opwekken. En verder is er werk opgenomen van Walker Evans, Mona Kuhn, Gerhard Richter, Sophie Ristelhueber, Aaron Siskind, Shomei Tomatsu, Jeff Wall en anderen, allemaal kunstenaars die in 2012 op de tentoonstelling‚‘Dust“ van het Laboratoria Art & Science in Moskou en Wenen nog niet te zien waren. Toen speelde de analogie ’dust = pixels’ de hoofdrol.
Opfleurend in Londen zijn nu twee kleine kistjes van Fluxus-kunstenaar Robert Filliou, waarin hij het stof dat hij in 1977 (met permissie) van kunstwerken in het Louvre en het Musée d’Art Moderne de la Ville de Paris afveegde - waaronder beroemde als de Infantin van Velázquez – voor kleine doeken in de serie ‘Poussière de poussière’ (1977) verzamelde. Hij noemde die verzameling stof het gematerialiseerde aura van kunstwerken, dat hij weer in een nieuw kunstwerk kon omzetten.
Zoiets deed zich lang voor Filliou al voor: Ger van Elk veegde bijvoorbeeld op de Biennale San Marino in 1967 een miniem stofhoopje tot een spitse berg samen en presenteerde die als zijn bijdrage. Het allerkleinste was als kunst groot genoeg. Daarmee was ‘micro-emotive’-art geboren. Maar dit begrip - en ook Ger van Elks werk - worden in deze inspirerende tentoonstelling buiten beschouwing gelaten. Het allerkleinste laat zich dan toch helaas al te makkelijk vergeten.
De expositie ‘A Handful of Dust‘ in Whitechapel Gallery duurt tot en met 3 september. Voor meer informatie: http://www.whitechapelgallery.org
Boekuitgave in twee delen – tekst en afbeeldingen:
David Campany: A Handful of Dust. From Cosmic to the Domestic. Verona 2017. $ 40.-