Expositie MMK Frankfurt: nieuw perspectief op humoristische erfenis Marcel Duchamp

Zaaloverzicht expositie Marcel Duchamp Museum für Moderne Kunst (MMK) Frankfurt. Foto Fenja Cambeis

Door Antje von Graevenitz

Zou Marcel Duchamp (1887-1968), de meest intellectuele kunstenaar van de 20ste eeuw, in zijn sas zijn geweest met zijn huidige tentoonstelling in het Museum voor Moderne Kunst (MMK) in Frankfurt? ‘The beauty of chaos‘ oordeelde zijn vriend Walter Arensberg, op 11 april 1917, een dag na de opening van een grote tentoonstelling van de Society of Independent Artists in New York: chaotisch gepresenteerd, maar ja, toch mooi. ‘Chaotisch‘ kan je Duchamps solo-tentoonstelling in Frankfurt zeker niet noemen: alles hangt of staat er keurig bij. Ware het niet dat iedereen die de trap naar de foyer van het museum  opgaat eerst moet oppassen niet over een liggende houten kapstok te struikelen, zijn ready-made 'Trébuchet’.

Opzettelijk is deze ready-made even achteloos schuin op de grond geplaatst als in Duchamps atelier in New York, maar wel als struikelblok. Er staat in Frankfurt keurig een suppoost bij om te voorkomen dat er iets ergs zal gebeuren.

De blik wordt al gauw naar boven getrokken, waar vele ready-mades in de hoge ruimte bungelen. Bijvoorbeeld de flessendroger en de ‘Fontaine‘, zijn meest beroemde werk: het zogenaamde urinoir. Om de rondgang te beginnen wordt dus hetzelfde New Yorkse atelier geciteerd waarin Duchamp allerlei voorwerpen ophing. Die had hij op een willekeurige manier uitgekozen, zoals hij steeds stelde. Toch weerhield hem dat niet van een bewust tegendraads hangende presentatie en quasi cryptische amusante titels, vooral ‘om er over na te denken‘. De toon is gezet in deze humoristische denktank van weleer. Dit statement van de curator Susanne Pfeffer kon nauwelijks doeltreffender zijn.

Zaaloverzicht Duchamp-expositie MMK Frankfurt. Op de voorgrond zijn ready-made 'Trébuchet'. Foto Fenja Cambeis

Dit perspectief op de humor van Duchamp zet zich voort, in de volgende zaal volgen Duchamps karikaturen, die hij nog als jonge onbekende kunstenaar in Parijs vanaf 1906-1910 publiceerde. Iedere Duchamp-kenner zal hier zijn hart ophalen.

Eerdere tentoonstellingen hebben die nauwelijks getoond en die waren er bijvoorbeeld de laatste jaren in Bazel, Parijs of Stuttgart. Ook in de literatuur werd er nauwelijks aandacht aan geschonken. In Frankfurt worden de uitbundig gepresenteerde karikaturen als bakermat voor Duchamps gehele oeuvre begrepen. Voor het eerst is het mogelijk zich in zijn uitgekiende manier van zijn tekenen te verdiepen: vaak zijn het losgeschetste inkt-lijnen in contrast met grijs gesproeide vlakken, zoals op een afgebeelde koets met het opschrift 'cocher’ (koets), die voor een geschetste deur staat met als opschrift ’hotel’. Titel:’Femme cocher’ uit 1907, waarbij je glimlachend het woordje ‘coucher’ (= vrijen) zou meedenken. Alle karikaturen leunen op erotische suggesties, net als Duchamps meest bekende werken, zijn ‘Grote Glas‘: ‘La mariée, mise à nu par ses célibataires, même‘ (1923) en ‘Étant donné“ (1946-1966).

Terwijl de karikaturen eerder hun pointe vrijgeven door de korte teksten die hen begeleiden, is Duchamps nadien ontwikkelde oeuvre, hoewel vaak ook gekscherend,  intens filosofisch van aard.

Marcel Duchamp, Femme Cocher (Woman Hack-Driver), 1907, The Metropolitan Museum of Art, New York. Gift of Mrs William Sisler

De karikaturen richten zich nog nauwelijks op Duchamps aanval op de beeldende kunst, zoals hij die vanaf 1900 kende: burgerlijk, braaf, preuts en vooral smaakvol.

Met die aanval begon hij pas rond 1910. Eigenlijk was dan ook zijn flessendroger uit 1914 een dolksteek tegen de heersende smaak in de kunst. Het Franse woord voor de flessendroger is ‚l’ égoutoir’ (de uitgieter van smaak: le gout). Ook anders laat de tentoonstelling Duchamps stellige ‘affront‘ tegen de heersende kunstopvatting zien, een ‘burgerlijke‘ schilder zal toen het vrouwelijk naakt meestal in al haar rust juist smaakvol aan de kijker hebben gepresenteerd op een bed of stoel. Maar Duchamp vond dat die ook wel kon bewegen, waarom niet ‘afdalende van een trap‘ in de gedaante van een kubistisch aandoende machine. Het werd een schandaal, toen hij dit smakeloos aandoende schilderij in 1913 in New York op de Armory Show toonde. Tout Amerika was erdoor op stang gejaagd, zelfs de president. In Frankfurt kan men zich die schok van meer dan honderd jaar geleden nauwelijks nog voorstellen. Maar een glimlach verschijnt dan toch op je gezicht, als je deze icoon van het modernisme opnieuw tegenkomt.

Op reproducties zijn Duchamps hoofdwerken zo vaak getoond dat je denkt het werk goed te kennen. Het tegendeel is waar. In Frankfurt wordt duidelijk hoe subtiel hij werkte, hoe verfijnd hij in 1912 zijn verf voor het werk ‘La Mariée“ met vooral de getoonde ingewanden hanteerde. Afgezien van twee vroege schilderijen met baadsters, waarmee hij in een haast grof-expressionistische stijl het lievelingsonderwerp van Degas en Matisse uitprobeerde. Hij kon voortreffelijk schilderen; ook al zweerde hij de schilderkunst gauw af nadat hij een langwerpig doek met de zeldzame titel „T’um“ in 1919 had voltooid. Dit en nog andere belangrijke werken ontbreken in Frankfurt. Maar wat er wel getoond wordt is opzienbarend. Op elk van de drie etages - zogenoemde ‚Ebenen’, waarmee het oeuvre wordt ingedeeld - omvat elke zaal een hoofdthema, waarin het in alle inhoudelijke richtingen en werk-categorieën wordt uitgebreid met bijvoorbeeld vele tekeningen, posters en foto’s. Zo komt hier zijn liefde voor het schaken uitvoerig tot zijn recht, die in andere tentoonstellingen vaak wordt verwaarloosd. Het onderwerp ‘gender’ in al zijn diversiteit raakt zelfs actuele discussies. Ook het toeval, de vroege kinetiek, de woord-kunstwerken, film, ja zelfs muzikale experimenten komen hier uitvoerig aan de orde.

Marcel Duchamp, Le Passage de la Vierge à la Mariée, 1912, The Museum of Modern Art New York, aankoop 1945. © Association Marcel Duchamp/VG Bild-Kunst, Bonn 2022

Aan het einde sta je dan voor het oude schelmen-gezicht van deze charmante kunstenaar, die in een stomme filmportret van Andy Warhol contact zoekt met de kijker door bijvoorbeeld een spitse mond te trekken of met zijn ogen te knipperen. De tentoonstelling mag dan niet chaotisch wezen, mooi is zij beslist.

Je zou er meer over moeten weten, want Duchamp heeft vele sprongen in zijn werk gemaakt. Er is nog een catalogus in de maak die in augustus verschijnt.

Zaaloverzicht met flessendroger, Duchamp-expositie. Foto Fenja Cambeis

Voor meer informatie: http://www.mmk.art

Tentoonstelling: Marcel Duchamp. MMK, Frankfurt, tot 3 oktober 2022.

 

Reageren