Door Lucie Th. Vermij
Jan Mankes. Verstilde lege landschappen, prachtige uilen en andere vogels, kwetsbare (zelf)portretten... Bijna vijf jaar geleden maakte ik nader kennis met zijn werk in het toen net geopende Museum MORE. Afgelopen april was het 100 jaar geleden dat Mankes overleed - hij werd slechts dertig jaar, overleed aan tuberculose en de Spaanse griep, de pandemie van toen – en daarom is er nu een tentoonstelling.
Mankes (1889-1920) schilderde in de jaren 1909-1920, een periode waarvan in de grote musea vooral de ‘vernieuwers’ te zien zijn. Zoals Jan Toorop, Vincent van Gogh, Kees van Dongen en Jan Sluijters. Abstract werk, impressionistisch, expressionistisch, fauvisten. Minder aandacht was er bij de critici en kunsthistorici voor de Nederlandse schilders die realistisch werk maakten, zoals Floris Verster, Matthijs Maris en Henri Frédéric Boot. En niet te vergeten: Jan Mankes.
Museum MORE in Gorssel werpt zich op als hét museum voor Modern Realisme. MORE is een afkorting van MOdern REalisme. De kern van de vaste collectie wordt gevormd door de collectie van Hans en Monique Melchers. Zij kochten die uit het faillissement van Dirk Scheringa en zijn Scheringa Museum voor Realisme in het Noord-Hollandse Opmeer. Belangrijke kunstenaars uit de collectie zijn Carel Willink, Charley Toorop, Wim Schumacher, Pyke Koch, Dick Ket en Jan Mankes.
Mankes' nalatenschap bestaat uit zo'n 150 schilderijen, 120 tekeningen en 50 prenten. Die zijn misschien dan wel 'traditioneel' en ‘realistisch’, maar ook volstrekt eigen en origineel. Zijn onderwerpen komen uit de kleine wereld van iemand die veel in en rond het huis verkeert en buiten leeft. Vogels, bloemen, landschappen, portretten. Eindeloos precies en raak. Heel sensitief en met een volstrekt eigen stijl. Zijn tijdgenoot de criticus R.N. Roland Holst noemde hem 'Hollands meest verstilde schilder'.
Mankes werd geboren in Meppel en woonde in Delft, Friesland, Den Haag en Eerbeek. Hij was een bijzonder en eenzelvig kind en volwassene en kwam niet veel onder de mensen. Zijn grote liefde vond hij in 1914 in Annie Zernike, de eerste Nederlandse vrouwelijke (vrijzinnige) dominee, die haar eerste gemeente had in het dorp waar Jan bij zijn gepensioneerde ouders woonde. Annie en Jan deelden de liefde voor beeldende kunst en zij liet hem kennismaken met literatuur en filosofie. Samen trokken ze naar Den Haag, waar ze deelnamen aan het sociale en culturele leven, maar Jan werd ziek en voor zijn gezondheid verhuisden ze naar Eerbeek op de Veluwe, waar veel van zijn werken zijn ontstaan. Zij kregen één zoontje, Beint.
Op deze tentoonstelling hangen ongeveer 35 werken, zacht maar krachtig en van formaat een stuk kleiner dan ik mij herinnerde. Krachtige lijsten eromheen. Mankes had een heel eigen techniek. Schilderde met olieverf laag over laag over laag, waarbij de kleuren complex en samengesteld werden, maar toch ook ijl als aquarel, waardoor er subtiele kleurschakeringen ontstaan. (‘Verf op verf, kleur op kleur. Pas op het laatst de tekening. Er komt daardoor iets zeer rijps, waar ik in geniet.') Hij eindigde het werk vaak met transparante lagen wit, waardoor er intense zachtheid ontstaat. Veel schilderijen lijken licht te geven: een innerlijk licht.
Een werk dat zich direct in het geheugen grift is 'Bomenrij' (1914). In de avondschemering staat een loodrechte rij hoge bomen voor een mistige blauwgrijze lucht. Twee mensen lopen in dit landschap, klein, helemaal onderin. Je ziet de aarde, maar vooral de hemel.
'Jongensportret' (1915) is een prachtig portret van een jongetje uit Friesland dat kort na het poseren is overleden. Het werk was sinds 1918 in bezit van de familie Otten, schrijft essayist Willem Jan Otten in een essay, maar werd in 1999 verkocht aan Dirk Scheringa. En dan zijn er de zelfportretten die overtuigend laten zien hoe goed en waarachtig hij naar zichzelf kon kijken. In 'Judaspenningen in Japanse vaas' (1916) lijken de ronde platte zaaddozen licht te geven. Jan Mankes leert je kijken en de schoonheid en het licht in de details te zien.
Het is een prachtig museumbezoek, op de eerste dag dat we weer mogen, aangemeld via het internet voor een timeslot, met niet veel medebezoekers – voor de kijker eigenlijk alleen maar fijn. Na afloop een clubsandwich op het terras van het Museumcafé. Modern realisme of niet, Gorssel is een droomoord.
Verder lezen:
- Rémon van Gemeren, Jan Mankes (1889-1920) Schilder van tederheid. Een biografie, W-Books 2020.
- Marguerite Tuijn e.a., Kijk Jan Mankes, Gelderboek Uitgevers i.s.m. Stichting 100 jaar Jan Mankes, 2020
- Jan Mankes in woord en beeld, Museum Belvédère 2015
De tentoonstelling 'Jan Mankes. De werkelijkheid niet' is te zien tot en met 25 oktober 2020.
https://www.museummore.nl/tentoonstelling/jan-mankes
Museum MORE
Hoofdstraat 28
7213 CW Gorssel