Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst 2024: schilderkunst op zijn best

Paleis op de Dam, Koning Willem-Alexander met Shivangi Kalra, een van de winnaars Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst 2024, voor And nobody said anuthing, foto Jeroen van der Meyde

Door Karin Abdullah Khan-Feenstra

Oktober is vanouds de herfstmaand waarin de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst wordt uitgereikt. Al zes generaties lang sinds Koning Willem III in 1871 de Prijs instelde als Koninklijke Subsidie voor Vrije Schilderkunst. Willem-Alexander zet dit jaar deze mooie traditie voort met de 154e editie. Het is een instituut geworden dat ieder jaar indruk maakt..

Weer zijn drie winnaars aangewezen die de Prijs in ontvangst mogen nemen. Het zijn Faria van Creij-Callender (1998), Shivangi Kalra (1998) en Tobias Thaens (1999) die door een gezaghebbende jury gekozen uit maar liefst 483 inzendingen zijn uitverkoren om ieder de belastingvrije € 9000 in ontvangst te nemen. Hun winnende schilderwerken zijn nu te zien in het Paleis op de Dam samen met werken van nog negen genomineerden.

Het moet gezegd: dit jaar toont de Koninklijke Prijs nieuwe schilderkunst op zijn best.

Hoezeer het medium schilderen ook op de hielen wordt gezeten door de nieuwe media, het medium is niet uit te roeien ondanks de vele pogingen hiertoe in het moderne verleden. Schilderen blijkt een wijze van leven, een mentaliteit, zoals schrijven en dichten dat ook kunnen zijn. Het geeft het leven zin voor wie het beoefent en kleur voor wie de moeite neemt te begrijpen wat ermee wordt uitgedrukt.

Want dat is het interessante, dat een nieuwe generatie zich uitdrukt en een podium als dit hard nodig heeft om zich te presenteren aan de reeds bestaande kunstwereld. Ze voegt zich bij het arsenaal aan schilderkunst als geheel; een levend en levendig gezelschap.

De jury bestond uit de collega-schilders Esiri Etherienne-Essi, Natasja Kensmil, Rezi van Lankveld, Sam Samiee en Yasmijn Jarram, die Kunsten, Cultuur en Media studeerde en de kunsthistorici Laurie Cluitmans en Mirjam Westen, die voorzitter was.

Shivangi Kalra, You're growing on me,,Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst 2024, foto Tom Haartsen

De editie 2024 toont nieuwe beelden, nieuwe figuratie vooral. Dat is figuratie die hand in hand gaat met abstractie, vervorming, extase en ontremming. Een die brutaal, onverbloemd en gedurfd een nieuwe wijze van leven toont die burgerlijkheid afwijst.

Het is de pas met de Jeanne Oostingprijs gelauwerde 85-jarige kunstschilder Reinier Lucassen (1939) geweest, die samen met tijdgenoten in de jaren ’60 van de vorige eeuw doorbrak met de stroming die Nieuwe Figuratie werd genoemd. Dit voltrok zich na een lange periode van abstractie in de schilderkunst die bijna dogmatische vormen aannam. Toch ging het wat hem betreft destijds niet om een stammenstrijd tussen abstracte en figuratieve schilderkunst, eerder om het oplossen van schilderkunstige kwesties. Dat klinkt technisch en dat was het ook. Je moet kunstschilder zijn om te snappen wat hij daarmee bedoelt. Het weergeven van een geestesgesteldheid die zeker niet nieuw was, maar wel onderdrukt, op een nieuwe schilderkunstige wijze.

The 24th of August, winnaar Faria van Creij-Callender, Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst 2024, foto Tom Haartsen

Die Nieuwe Figuratie heeft veel mogelijk gemaakt. Het resultaat is nu te zien in het Paleis op de Dam. Schilderkunst met nieuwe middelen, maar met oude thema’s.

Neem Sofiia Dubyna (2000) met haar werk ‘A Country For No Man’. Na het bezoek aan de tentoonstelling is het een de beelden die zich bleven opdringen. De schaamte voorbij in combinatie met iets van fragiele textuur tot stand gebracht met potlood, houtskool en cosmetica op doek. Zó onverschillig, wie moet daar nu niet om lachen. Met lippenstift en mascara je punt maken. Uitleg overbodig. En dan Safae Gounane (1999) nog zo’n meidenclub. De details doen het hem: de tranen en waterdruppels, drama en schoonheid in ‘Broken Friendships’ vervaardigd met acrylverf en henna. Let even op het elektronische toetsenbord en de openstaande deur naar de badkamer in ‘To Orchestrate Life’. Het is een ingewikkelde compositie die een ogenblik doet denken aan ‘Las Meninas’ van de 17e eeuwse schilder Diego Velazquez en tegelijkertijd personages uit de overbelichte en geëxalteerde schilderwerken van de de Neue Sachlichkeit in herinnering brengen.

Het kan niet anders dan dat het bedenken, samenstellen en uitwerken van de compositie de meeste tijd kost van alles wat komt kijken bij het schilderen van deze kunstwerken.

De jongste deelnemer, Tiago Santos (2002), in ‘Arvore do Amigo’, dat net als de voorgaande werken een werk is van grote afmetingen, dit keer op papier en vervaardigd met mixed media. Het werk is suggestief, vol van eveneens mixed gedachten en voor alles onrustbarend en alledaags.

Rouwmantel, winnaar Tobias Thaens, Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst 2024, foto Tom Haartsen

Over de drie winnaars, die ieder drie werken tonen in de tentoonstelling, natuurlijk niets dan goeds. Bij alle drie speelt poëzie een belangrijke rol. Toch springen vooral de directheid, de oorspronkelijkheid en de veelzijdigheid van Shivangi Kalra (1998) in ‘And nobody said anything’ in het oog. Met haar brede horizon, de vele vragen die zij zich stelt in de wisselende textuur en het kleurgebruik, weet je niet waar je moet beginnen te kijken, en evenmin waar je moet eindigen. Hoe dan ook, je voelt dat er iets boeiends aan de hand is in deze beladen doeken vol gevoelens, gedachten en dynamiek. Iets vurigs spoort de kijker aan om naar binnen te willen en deelgenoot te zijn van wat er zich afspeelt. De prijswinnende kunstwerken zijn doeken die in het naderen van poëzie en in hun gebruik van olieverf de klassieke schilderkunst dicht naderen.

De expositie Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst 2024 in het Koninklijk Paleis op de Dam duurt tot en met 10 november,

Voor meer informatie:  https://www.paleisamsterdam.nl

Reageren