Op het eerste gezicht in Teylers Museum: over de hardnekkigheid van vooroordelen

Portret van een zwarte man uit een van de vroegste publicaties over verschillen tussen blanke en donkere mensen, Samuel Thomas Sömmering, 1785, collectie Teylers Museum

Portret van een zwarte man uit een van de vroegste publicaties over verschillen tussen blanke en donkere mensen, Samuel Thomas Sömmering, 1785, collectie Teylers Museum

* Dit portret van een donkere man staat in een van de vroegste publicaties over verschillen tussen donkere en blanke mensen: ‘Ueber eine körperliche Verschiedenheit des Negers vom Europäer’ van Samuel Thomas Sömmering, in 1785 uitgegeven in Frankfurt a/M. Bert Sliggers, inmiddels oud-conservator paleontologie en mineralogie van het Teylers Museum, selecteerde het boek voor zijn afscheidstentoonstelling ‘Op het eerste gezicht’, een fascinerende inventarisatie – er worden veel schedels getoond, ook van veroordeelden - van (pseudo)wetenschappelijk onderzoek naar verschillen.

Begonnen in de achttiende eeuw, werd de gelaatstheorie (fysionomie) van Johann Kaspar Lavater (1741-1801) bijvoorbeeld zeer populair. Hij meende zeker dat er een verband tussen de bouw van gezichten en karakters bestond. Franz Jozeph Gall (1758-1828) legde het fundament voor de later in de mode geraakte frenologie, het bevoelen van schedels om aan de hand van uitstulpingen conclusies te trekken. Een frenoloog moest zeer analytisch te werk gaan, introduceren Patrick Allegaert, Bart Marius en Yoon Hee Lamot deze bezigheid in het hoofdstuk ‘Spiegel van de ziel’ in de catalogus. Ter informatie: ‘Een knobbel was nooit bepalend voor een karakter, daarvoor moest de hele schedel in kaart gebracht worden. Zo kwam Gall tot de bevinding dat het centrum van ‘vernietiging’ beïnvloed werd door het centrum van ‘welwillendheid’ en dat van ‘plichtsbesef’. Als de vernietiging dus sterk ontwikkeld is, maar de welwillendheid en het plichtsbesef niet, is de kans op criminele en moorddadige activiteiten zeer groot.’

Huisarts en antropoloog J. Sasse bezig met schedelmeting op Urk, rond 1912. Rond de Zuiderzee en op de Waddeneiland verwachtten antropologen het zuivere Hollandse type te vinden, die zoektocht was vergeefs. Foto particuliere collectie

Huisarts en antropoloog J. Sasse bezig met schedelmeting op Urk, rond 1912. Rond de Zuiderzee en op de Waddeneiland verwachtten antropologen het zuivere Hollandse type te vinden, die zoektocht was vergeefs. Foto particuliere collectie

Ook ooit iemand horen zeggen: ‘Die ziet eruit als een Lombroso-type’? Cesare Lombroso (1835-1909), in 1867 benoemd tot hoogleraar psychiatrie in Padua, ging op zoek naar de uiterlijke kenmerken van de criminele persoonlijkheid en zijn invloed is nog steeds niet uitgewerkt. De Italiaan bestudeerde honderden delinquenten, onder meer door opmeten. Op den duur kregen foto’s  van criminelen in zijn hoofdwerk ‘L’uomo delinquente’ een steeds prominenter plek. Linda Roodenburg somt in haar bijdrage ‘Oude en nieuwe schedelmeters’ de kenmerken op die Lombroso signaleerde: ‘Dichte beharing, een forse onderkaak, geprononceerde wenkbrauwbogen, diepliggende ogen, brede jukbeenderen en een wijkend voorhoofd’. Een geboren misdadiger had volgens Lombroso tenminste vier van deze kenmerken. Hij was bovendien sterker dan gemiddeld, had een lage pijngrens en geen geweten, was leugenachtig en impulsief en versierde zijn lichaam met tatoeages. In deze hoogtijdagen voor tatoeages had hij er in elk geval één extra breinbreker bij gehad…. Roodenburg wijst er terecht op dat Lombroso’s ‘stigmata’ een hardnekkig leven gingen leiden en nog steeds rondwaren op internet.

Ook andere vooroordelen gedragen zich als zo’n onuitroeibaar akelig virus, shockerend genoeg zelfs in de beroepsgroep die qua intelligentie beter moet weten. De Amerikaan James Watson - in 1962 Nobelprijswinnaar als mede-ontdekker van het DNA - maakte zich in 2007 onsterfelijk belachelijk door in The Sunday Times vast te stellen dat mensen van Afrikaanse herkomst minder slim zijn dan blanken. Hij hoopte wel op gelijkheid, maar ‘iedereen die ooit met zwarte werknemers te maken had gehad, had ondervonden dat dit niet waar was’. Watson – een wetenschappelijke paria geworden – verkocht afgelopen week zijn Nobelprijsmedaille. Dat leverde hem  3,8 miljoen euro op.

De expositie ‘Op het eerste gezicht’ in het Teylers Museum (Spaarne, Haarlem) duurt tot en met 8 februari. Voor meer informatie: www.teylersmuseum.nl

 

De geboren misdadiger volgens Cesare Lombroso (collectie Lombroso Museum Turijn)

De geboren misdadiger volgens Cesare Lombroso (collectie Lombroso Museum Turijn)

Reageren