Peter de Grote: ook heerser over de drankzucht van zijn onderdanen

Geplaatst in Exposities en getagged met op door .
Portretbuste van Peter, Bartolomeo Rastrelli, 1723-29, brons, copyright State Hermitage Museum St. Petersburg

Portretbuste van Peter, Bartolomeo Rastrelli, 1723-29, brons, copyright State Hermitage Museum St. Petersburg

* Het blazoen van Peter de Grote als uitzonderlijk krachtige en geniale stichter van het moderne Rusland is sinds zijn dood in 1725 vooral vlekkeloos gebleven. En al helemaal voor de Russische leiders die de tsaar als lichtend voorbeeld namen, zoals ook de huidige premier Medvedev. De Hermitage Amsterdam nuanceert dat imago de komende maanden op de expositie ‘Peter de Grote, een bevlogen tsaar’. Peters talenten waren uitzonderlijk, dat waren ook zijn wreedheid en heerszucht. Maar uit de hilarische richtlijnen van het drankdecreet dat hij uitvaardigde toen zijn onderdanen het naar zijn zin veel te bont maakten, blijkt ook zijn humor. Ook nieuwsgierig naar het decreet? Zie het kader onderaan.

De – biografische - tentoonstelling omvat maar liefst 365 objecten. De tsaar bewaarde zelf al veel en dat werd ook door latere bewonderaars gedaan, zodat het moedermuseum in St. Petersburg over een schat aan Peter-memorabilia beschikt. Zelfs het topstuk uit zijn kunstcollectie - Rembrandts ‘David neemt afscheid van Jonathan’ uit 1642 – mocht naar Amsterdam komen. Peter bezorgde Rusland met deze aankoop – voor de spotprijs van tachtig gulden - zijn eerste Rembrandt.

Een greep uit de enorme variatie: een hoed bij een matrozenpak van Peter, een galakostuum, een instrument voor het verwijderen van kogels, Peters reisapotheek, een handbijl, een gouden gesp uit zijn Siberische kunstcollectie, een bronzen afdruk van zijn hand, een parkrijtuig en een model van zijn sloep ‘Grootvadertje van de Russische vloot’, zo genoemd omdat het model zijn scheepsbouwers tot inspiratiebron diende.

Dat Peter zich in Zaandam als scheepstimmerman bekwaamde is bekend, maar één van de andere – van in totaal veertien - ambachten die de tsaar beheerste, was tanden en kiezen trekken. Op de expositie ligt zijn tandentang, een instrument met de beeldende bijnaam ‘bokkenpoot’. De tsaar mocht ook graag aanwezig zijn bij anatomisch onderzoek zoals dat door de Amsterdammer Frederik Ruysch werd verricht. Ter illustratie zijn uit St. Petersburg een amputatiezaag en een slingerboor voor schedeloperaties meegekomen. Peter slaagde er tot zijn grote genoegen in de hele collectie menselijke preparaten van Ruysch aan te kopen. Nu in Amsterdam: een gedroogde kindervoet en een kinderhoofd op ‘sterk’ water.

Peter werd in 1672 geboren als veertiende kind van tsaar Aleksej en eerste nakomeling bij zijn tweede vrouw Natalja Narysjkina. De zonen uit zijn eerste huwelijk – Fjodor en Ivan – waren allebei zwak van gezondheid. Toen Fjodor in 1682 op twintigjarige leeftijd overleed was de minderjarige Ivan aan de beurt, die moeilijk kon lopen en vrijwel blind was. Hoge edelen – de bojaren - riepen daarop de tienjarige Peter tot tsaar uit. Geen wonder: hij was een gezonde, levendige jongen, die al met zes maanden had leren lopen en zich veelbelovend voor de toekomst, uitstekend vermaakte met legertje spelen. Zijn halfzuster Sofja had andere plannen en stookte de Strelitsen – beroepsgarde van de tsaren – op de macht te grijpen. Toen er geruchten de ronde gingen doen dat familieleden van Natalja Narysjkina Ivan hadden vermoord, trokken de Strelitsen op naar het Kremlin. De tsarina kon Peter en Ivan in levenden lijve aan de muiters tonen en werd ongemoeid gelaten. Peter moest aanzien dat vervolgens wel twee broers van Natalja en haar mentor werden afgeslacht. Volgens ooggetuigen stond de jongen erbij zonder met de ogen te knipperen, maar was hij zo onder de indruk dat hij er een levenslange zenuwtic op zijn gezicht aan overhield. Waarmee ook zijn extreme wreedheid verklaard lijkt. Na dagenlange onlusten kwam er een compromis tot stand: Sofja werd regentes zolang Ivan en Peter minderjarig waren.

Peter trad in 1698 op zestienjarige leeftijd in het huwelijk met Jevdokia Lopoechina. Daarmee was hij officieel volwassen en was Sofia niet meer nodig.  Ze deed nog in één keer een poging alle macht naar zich toe te trekken, opnieuw met hulp van de Strelitsen. Ivan bemoeide zich niet met staatszaken en Peters ‘speelleger’ was intussen zo machtig geworden dat hij Sofja zonder veel moeite voor de rest van haar leven in een klooster kon opsluiten.

In maart 1697 vertrok Peter naar West-Europa, officieel om het bondgenootschap tegen de Turken nieuw leven in te blazen. Dat mislukte, maar de reis werd legendarisch door de enorme hoeveelheid kennis en kunst die de tsaar voor het nieuwe Rusland verzamelde. Een anonieme ets  op de expositie toont Peters bloedige wraak op de Strelitsen die tijdens zijn afwezigheid opnieuw aan het muiten waren geslagen. De opstand was na zijn terugkeer al voorbij, maar de tsaar richtte een enorme slachtpartij aan, waarbij hij zelf de hakbijl hanteerde en anderen dwong dat ook te doen. Zelfs tijdgenoten - die heel wat gewend waren - was dat te gortig. Ook met zijn zoon Aleksej – gekregen met Jevdokia – had Peter geen mededogen: na een afgedwongen bekentenis van samenzwering, overleed hij in 1718 aan de gevolgen van zware martelingen. Jevdokia – haar portret is ook op de expositie - had hij al eerder ook naar een klooster gestuurd.

Toen Peter in 1725 in zijn nieuwe hoofdstad St.Petersburg overleed, had hij er met vooruitziende blik voor gezorgd dat voortaan ook vrouwen de tsarentroon mochten beklimmen. Dat werd eerst zijn krachtige tweede vrouw Catharina. Hij liet een Rusland na met - voor het eerst - een vrije toegang tot zee door zijn overwinning op Zweden, een Academie van Wetenschappen, een ‘christelijke’ jaartelling, rijk gevulde musea, vaklieden die konden wedijveren met de beste in West-Europa, enzovoort, enzovoort.  In Amsterdam is ook Peters dodenmasker, gemaakt nadat hij zijn strijd tegen – waarschijnlijk - nierstenen onder helse pijnen had verloren.

‘Peter de Grote, een bevlogen tsaar’ in de Hermitage Amsterdam duurt van 9 maart tot en met 13 september. Voor meer informatie: www.hermitage.nl.

KADER:

VOOR PETERS GASTEN: COGNAC AAN HET ONTBIJT

* Gasten van Peter de Grote moesten over een goede conditie beschikken. De tsaar bepaalde wanneer ze weer naar huis mochten en dat kon ook dagen na aankomst zijn. Gidsen in het Winterpaleis van Peter aan de oevers van de Neva in St. Petersburg vertellen met smaak dat iedereen te slapen werd gelegd op stro, bovendien handig voor wie tussentijds onwel werd en zijn maag moest legen. Ook in Peters zomerpaleis Monplaisir aan de Baltische Zee moesten genodigden zich aan een zwaar drankregime onderwerpen. Zelfs in de koffiekopjes bij het ontbijt werd al cognac geschonken. Het was algemeen bekend dat Peters gasten tegen het eind van de middag nogal eens dronken door de tuinen zwierven. Volgens Vjatsjeslav Fjodorov, een van de auteurs van de catalogus, was Peter zelf een matige drinker en schakelde hij tijdens feesten ‘spionnen’ in om gasten dronken te voeren. ,,Dat was een simpele en effectieve manier om belangrijke mensen uit te horen over hun opvattingen, gedachten en plannen.’’

De feesten bij de tsaar liepen kennelijk zo vaak uit de hand, dat hij ter bestrijding zelfs een decreet uitvaardigde. De richtlijnen die hij zijn onderdanen meegaf laten aan duidelijkheid niets te wensen over.......

‘Over de waardigheid der gasten dewelke er moet zijn in assemblees.

Alvorens hij voor de menigte verschijnt dient de gast aan de volgende vereisten te voldoen:

  1. Hij dient zich zorgvuldig te hebben gewassen, zonder overslaan van ‘de’ plekken.
  2. Hij dient grondig geschoren te zijn, opdat de tederheid der dames niet door de vileine stoppelbaard wordt geplaagd.
  3. Hij dient zoveel zijn hart begeert alcoholisch te drinken, zolang zijn benen hem overeind houden. Mochten de benen onverhoeds weigeren dan dient men zittend verder te drinken. Aan diegenen die al liggen dient men niets meer aan te bieden, zelfs als zij erom verzoeken, daar zij zich kunnen verslikken. Ere aan degene die zich heeft verslikt! Daar een dergelijke dood in Rusland sinds de oertijd al als zeer eervol geldt.
  4. Hij dient, indien hij geen mate kent, zich op een vriend te verlaten, want hij is u een beter hoeder dan de staat.
  5. Men dient diegenen die vol gezopen zijn voorzichtig weg te leggen, zonder ze te beschadigen, zodat ze bij de dans geen hindernis vormen. Het wegleggen dient gescheiden, gesorteerd naar geslacht, te gebeuren, daar anders bij het ontwaken grote confusie niet kan worden vermeden.
  6. Ziet men iemand met een zeer hoge status, zelfs al is het de tsaar: wees niet te neer geslagen, laat de mond niet open vallen, maar begint u ook niet uit te sloven – u kunt nauwelijks van dienst zijn, en in een dronken toestand drie maal meer dan normaal mogelijk lastig vallen en irriteren.’

 

KADER:

PETER: ‘EEN ERG MOOI GEZICHT’

* Hoe Peter eruit zag, is goed bekend door schilderijen, tekeningen en borstbeelden. Er zijn bovendien getuigenissen overgeleverd van tijdgenoten die de tsaar hadden ontmoet en een indruk geven hoe hij in de omgang was. Eén van hen was keurvorstin Sofia van Hannover (1668-1705), die Peter hartelijk ontving tijdens zijn eerste reis naar West-Europa in 1697/98. Ze noteerde na afloop in een brief: ‘De tsaar is zeer groot van postuur, heeft een erg mooi gezicht en is heel slank gebouwd. Hij heeft een levendig verstand en zijn oordeel is snel en trefzeker. Maar naast alle voortreffelijke eigenschappen waarmee de natuur hem heeft bedeeld, ware het wenselijk dat zijn smaak minder grof was (…..) Het is onmogelijk hem te beschrijven of zich een voorstelling van hem te maken, als men hem niet zelf heeft gezien. Hij heeft het hart op de plaats en is vervuld van uitermate edele gevoelens.’’ Blijkbaar was Peters reputatie als stevige drinker hem vooruit gesneld, want de keurvorstin verzekerde met nog steeds hoorbare opluchting: ,,Ik moet u ook zeggen dat hij zich niet heeft bedronken in ons gezelschap.’’ De Italiaanse zanger Filippo Balatri zag de tsaar in 1698 in Moskou. Hij signaleerde Peters zenuwtic, maar vond zijn gelaatsuitdrukking toch buitengewoon prettig en stelde vast dat  de tsaar ‘direct ontzag inboezemde’.

Een eerste versie van dit verhaal verscheen eerder in de kranten van De Persdienst.

Reageren