*Nog tot en met zondag te zien op de TEFAF in stand 728 van de RKD - Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis: het portret dat Johan Huijsen omstreeks 1919 van Willy Wentholt maakte, in de jaren 1918 – 1923 met ups en downs de vriendin van Mondriaan. De kunstenaar becommentarieerde de foto van Wentholt – lerares Frans in Amsterdam - op 4 december 1919 in een van tweeëntwintig brieven die bewaard werden in het archief van Cis Heijdenrijk – Osendarp en haar echtgenoot Leo, initiatiefnemers van het Mondriaanhuis (geboortehuis van de kunstenaar) in Amersfoort. Het RKD heeft de brieven sinds anderhalve week in huis, de presentatie van de foto en een selectie uit de brieven op de TEFAF is het eerste ‘publieke optreden’. Het Heijdenrijk-archief – met daarin ook ander waardevol materiaal over kunstenaars van De Stijl - kon recent worden gekocht met steun van het Mondriaan Fonds, VSB Fonds en Harten Fonds en de Stichting Cornelis Hofstede de Groot/Vrienden van het RKD.
RKD-directeur Chris Stolwijk benadrukte bij de perspresentatie dat de aankoop een cruciale toevoeging is aan de grootste collectie ter wereld die het RKD al van Mondriaan en kunstenaars van De Stijl bezit. Daaronder 700 brieven. De tweeëntwintig brieven aan Wentholt - haar antwoorden ontbreken - laten een kant van Mondriaan zien waar tot nu toe weinig over bekend was en zijn daarmee van grote waarde voor het Mondriaan Editieproject. Dit project – in samenwerking met Huygens ING, voortgekomen uit een fusie van het Huygens Instituut en het Instituut voor Nederlandse Geschiedenis - zal in naar schatting twaalf jaar een online-publicatie van circa 1650 brieven en zeventig theoretische en literaire geschriften van Mondriaan realiseren. Editeur is Leo Jansen, eerder aan de wieg van de Van Gogh-brieveneditie. Omdat de internationale belangstelling voor Mondriaan enorm is, wordt er ook voor Engelse vertaling gezorgd.
Een citaat uit zijn brief van 4 december 1919: ‘Met de foto was ik ook erg blij, ik vind dat die best is, voorzoover een foto dan altijd benaderend is. ’t Eenige….die paar losse haartjes in je hals! De oude kwaal: als je ze bedekt zal je zelf zien dat ’t mooier is.’ Mondriaan koesterde volgens RKD-conservator/editeur Wietse Coppes een rotsvast geloof in een ideale wereld: ‘Dat maakte hij zichtbaar in zijn schilderijen.' Jansen: 'Hij streefde ook in zijn liefdes naar een harmonische wereld waarin tegengestelden elkaar in balans hielden. De man geest en de vrouw stof, de man als de verticalen in zijn schilderijen, de vrouw als de horizontalen.’ In de praktijk van het leven leidde zijn theorie niet tot relaties van lange duur. Zijn correspondentie met Wentholt is volgens Coppes ook van kunsthistorisch belang omdat Mondriaan daarin onder meer reflecteert op de Parijse kunstwereld waarin hij na het einde van de Eerste Wereldoorlog terugkeerde: hij was als eenling opgeschoven richting abstractie, dat maakte hem eenzamer dan hij had verwacht.
Het is volgend jaar honderd jaar geleden dat De Stijl werd opgericht. Het Gemeentemuseum Den Haag organiseert ter gelegenheid daarvan halverwege het jaar een grote Mondriaan-tentoonstelling. Jansen en Coppes zullen een ‘eigen’ presentatie in het museum maken: het eerste deel van het Editieproject is dan afgerond.
Voor meer informatie: http://www.rkd.nl