Warner Horstink, De kunstenaar zelf en zijn gezin, 1796, foto Rijksmuseum
*Selfies voortaan een vast ingrediënt van de pr- en marketing van musea? Het begint erop te lijken. Olieverf-selfies uit de Gouden Eeuw t/m 3 januari in Het Mauritshuis, de komende wintermaanden ook selfies in het Rijksmuseum, dit keer uit de zeventiende t/m de twintigste eeuw. Negentig zelfportretten – tekeningen, prenten en foto’s – hangen op elke verdieping in de prentenkabinetten. De getekende zelfportretten van de zeventiende eeuw deden - net als die in olieverf - ook vaak dienst als visitekaartjes en onderscheidden zich soms nauwelijks van de portretten van de deftige klanten van de kunstenaars. Het lachende zelfportret dat Moses ter Borch rond 1660 van zichzelf maakte, was dan ook een uitzondering.
Moses ter Borch, Lachend zelfportret, ca 1660-1661
In de loop van de eeuwen worden de zelfportretten steeds persoonlijker, de kunstenaars gaan dichterbij voelen. Van ‘simpel’ geluk en zelfvertrouwen (Warner Horstink, De kunstenaar zelf en zijn gezin, 1796, Gijsbertus Craeyvanger op tienjarige leeftijd, ca. 1820) tot zwaarmoedigheid (Käthe Kollwitz, Carel Willink) is in de mooie selectie van ‘Selfies op papier’ voor een brede staalkaart aan stemmingen gezorgd. Een fijn cadeau voor de winterse maanden.
Voor meer informatie: http:// www.rijksmuseum.nl
Zelfportret van Gijsbertus Craeyvanger, 1820, foto Rijksmuseum
