*De populariteit van de Tachtigers - Nederlandse Impressionisten als George Hendrik Breitner, Isaac Israëls en Willem Witsen – had ook een keerzijde: hun werk raakte verspreid over zoveel musea en particuliere collecties dat een substantieel deel voor de ‘gewone’ museumbezoeker ongezien bleef. Dat maakt de expositie van meer dan 100 schilderijen en tekeningen in het Gemeentemuseum Den Haag - open vanaf vrijdag - tot een niet te missen buitenkans voor de ongetwijfeld nog steeds grote schare liefhebbers. ‘Rumoer in de Stad. De schilders van Tachtig’ verenigt kunstenaars die na de landschappelijke schoonheid van de Haagse School in het laatste kwart van de 19e eeuw de magie van het opbloeiende stadse leven als thema kozen. Waarbij ze ook oog hadden voor de diepe armoede die velen in de greep hield.
Bevolkingsaantallen van Amsterdam, Rotterdam en Den Haag verdubbelden, de industrialisatie zorgde voor een groeiende welvaart, luxe en vermaak werden tegen het eind van de eeuw steeds meer ook voor ‘de massa’ bereikbaar. Verleidelijke etalages werden voor het eerst elektrisch verlicht, chique modehuizen trokken veel bekijks, de grote steden waren langdurig één grote bouwput om woningnood te bestrijden en prestigieuze projecten als Rijksmuseum en Concertgebouw te realiseren. De schilderijen en tekeningen die dat in beeld brachten – bruiklenen komen uit heel Nederland en het Museum voor Schone Kunsten in Antwerpen - worden aangevuld met foto’s, documentatiemateriaal en zelden getoonde schetsboeken van Isaac Israëls. Het Literatuurmuseum leende eerste uitgaven van Tachtiger-dichters als Willem Kloos, Albert Verwey en Herman Gorter uit.
De expositie ‘Rumoer in de Stad. De schilders van Tachtig’ in het Gemeentemuseum Den Haag duurt van 14 april tot en met 5 november. Voor meer informatie: http://www.gemeentemuseum.nl