Urgente reflectie op eeuwig menselijk tekort: Ad Gerritsen in Gemeentemuseum Den Haag

Ad Gerritsen, Engeland, London, 2006, collectie Museum Arnhem

Het zijn aanlokkelijke kleurrijke schilderijen met menselijke figuren, die op het eerste gezicht vrolijk stemmen maar bij nader inzien behoorlijk ongemakkelijk zijn. De beelden laten je niet los. Wat wil de kunstenaar precies vertellen? De Arnhemmer Ad Gerritsen was tot nu toe vooral in Gelderland bekend, maar nu heeft hij de overzichtstentoonstelling 'Actualiteiten' in het Gemeentemuseum Den Haag. Heel indrukwekkend.

 Door Lucie Th. Vermij

*Zolang je de schilderijen van Ad Gerritsen (1940 – 2015) wat oppervlakkig door je oogharen benadert doen ze - vooral door de heldere kleuren - denken aan de oneindige reeksen té vrolijke social media-foto’s van deze tijd. Bij nadere beschouwing en van dichtbij blijken ze allesbehalve vrolijk. De meeste mensen die hij neerzet hebben lege ogen, er twinkelt niets, ze maken geen contact.

In de tentoonstelling wordt het verhaal áchter zijn schilderijen slechts af en toe onthuld, maar dat er overal een groot drama schuilgaat is navenant. Dat komt dan ook recht naar binnen. Zijn beelden vindt hij in de kunstgeschiedenis, visuele media, wetenschappelijke wereld en zijn eigen omgeving. Het schilderij van een groepje jongens onder een chocoladeboom ontregelt bijvoorbeeld omdat het bij nader inzien net zo goed oude mensen kunnen zijn. De geportretteerden hebben helemaal geen plezier of contact. Ad Gerritsen heeft deze groep regelmatig afgebeeld. Het beeld blijkt gebaseerd op een foto van een groep jongens uit de Hitlerjugend. Het belangrijkste motief door alle thema’s heen is de kwetsbaarheid van de enkeling. De figuren op de schilderijen lijken ieder voor zich te bestaan, ook al zijn ze omgeven door anderen. De steun van de groep lijken ze nodig te hebben om zichzelf te legitimeren.

Ad Gerritsen, Onder de chocoladeboom, 1997, collectie Museum Arnhem

Indringend is ook het schilderij van een willekeurige groep mensen. Een van de personen is een 'bobby', dus het zal in Londen zijn. Ze lopen uptempo, geagiteerd, weg van iets. Een man draagt een in een deken gewikkeld kind. Een man is aan het bellen. Het is unheimisch. Er is geen omgeving, alleen een groen vlak. Voor de schilderij liet Gerritsen zich inspireren door een krantenfoto van een groep mensen die geëvacueerd werd direct na de aanslag op de Londense metro in 2005.

Er zijn een paar portretten van mensen die in bed zijn overleden. Voor de kijker is het niet duidelijk of ze slapen of dat ze dood zijn. Ook is er een portret van een man in een wapperend rood jasje en wapperende das. Hij lijkt rustig in slaap. Maar zijn gezicht is erg grauw, hij zou ook dood kunnen zijn. 'Ik laat in het midden of hij dood is of slaapt', zei Gerritsen eens over dit schilderij. 'Als ik mij daarover duidelijk zou uitspreken dan zou ik mezelf beperken bij de ontwikkeling van het schilderij.'

Steeds weet je niet wat je ziet: of iemand een misdadiger is of een slachtoffer, of iemand dood is of slaapt, of iemand een knipoog geeft of een klap op zijn oog heeft gehad. Hij schilderde mensen die al veroordeeld waren, zonder zelf te oordelen. Kwetsbare mensen zoals getraumatiseerde kinderen, vrouwen die belaagd worden, psychiatrische patiënten. Mensen die zich langs de rafelranden van de samenleving bevinden. Niet oordelen, lijkt de boodschap, want je weet het niet. Elk werk heeft iets actueels en urgents en toch is het tegelijk ook tijdloos. Gerritsen vertelt met zijn schilderijen het eeuwige verhaal van het menselijk tekort.

Ad Gerritsen, Slapende Dode Man, AkzoNobel Art Collection, foto Martin van Welzen

Een korte biografie. Ad Gerritsen woonde en werkte in Arnhem. Aanvankelijk volgde hij na de ambachtsschool een opleiding tot banketbakker, maar als kind was hij al een verwoed tekenaar en die liefde voor het tekenen leidde hem na zijn militaire dienst naar de Arnhemse kunstacademie. Die opleiding verliet hij echter na anderhalf jaar nadat een docent respectloos een rood kruis dwars door zijn tekening had gezet. Vanaf 1964 bouwde hij aan een oeuvre van tekeningen, schilderijen, objecten, installaties en performances. In zijn werk stond altijd de menselijke expressie en de impact daarvan centraal. Zijn eerste tentoonstelling had hij in 1972 in Arnhem. Daar was hij binnen de kortste keren uitverkocht. Hij stopte met schilderen en werkte een aantal jaren als creatief therapeut in de psychiatrie. Begin jaren tachtig pakte hij de kwast weer op en ging lesgeven aan de kunstacademie AKI in Enschede.

Echt virtuoos als tekenaar was Gerritsen niet, maar hij zette in heldere kleuren neer wat ertoe doet, zeggen collega’s en oud-studenten over zijn techniek in de film ‘Compromisloze compassie’. De documentaire, gemaakt door schrijver Mischa Andriessen en filmmaker Gerrit Schreurs, wordt in de Aula van het museum afgespeeld. Gerritsen zei wel eens dat een werk zich tijdens het creëren soms tegen hem keerde. Dat het anders werd dan hij bedacht had. Dat conflict tussen het idee en de uitkomst maakt waarschijnlijk ook dat de schilderijen - hoe kleurrijk ook - steeds een beetje schuren. En dat dat het werk zo spannend maakt. 'Bij een goed schilderij word je verleid door de schoonheid, de esthetiek, maar er moet ook iets zijn waardoor het niet meer uit je hoofd te wissen is', zei Ad Gerritsen.

In 2000 won hij de Gelderland Grafiek Prijs en in 2011 de Jeanne Bieruma Oosting Prijs. Na zijn overlijden in 2015 eerde Museum Arnhem hem met een solotentoonstelling. Dat museum heeft ruim honderd werken van Gerritsen in zijn collectie, waaronder twaalf schilderijen, zeefdrukken en linosneden. Deze overzichtstentoonstelling in Den Haag geeft een groter publiek kans kennis met hem te maken. Gaat dat zien.

De tentoonstelling 'Actualiteiten' is t/m 17 maart te bezichtigen in het Gemeentemuseum Den Haag. Voor meer informatie: https://www.gemeentemuseum.nl/nl/tentoonstellingen/ad-gerritsen

 

Ad Gerritsen, Reproductie van de soort III, collectie Gemeentemuseum Den Haag

 

 

Reageren