Door Lucie Th. Vermij
*Het Centraal Museum pakt groots uit met de tentoonstelling ‘Utrecht, Caravaggio en Europa’. Er zijn twee hoogtepunten van de Italiaanse meester zelf en belangrijke internationale bruiklenen van de Utrechtse navolgers Gerard van Honthorst, Hendrick ter Brugghen en Dirck van Baburen. Zij staan centraal op de expositie, aangevuld met ‘caravaggisten’ elders uit Europa. Bij de opening verschenen overweldigend veel artikelen in de kranten, de toegangskaarten worden in time-slots verkocht, het is er stervensdruk. De tentoonstelling bestaat vooral uit enorme doeken van bijbelse figuren en heiligen in dramatische settings, in kleurige zalen, geordend naar thema. Ook voor wie niet meteen veel voeling heeft met heiligen en bijbelse figuren valt er veel te ontdekken en genieten.
Hoe zat het ook alweer met Caravaggio? Hij was een Italiaanse barokschilder, voluit heette hij Michelangelo Merisi da Caravaggio (1571-1610). Hij werd geboren in het Noord-Italiaanse Caravaggio. ging op zijn elfde in Milaan in de leer bij de schilder Simone Peterzano en verhuisde ruim tien jaar later naar Rome. Daar maakte hij snel naam en niet alleen met zijn kunst. Hij was betrokken bij talloze ruzies en vechtpartijen. In 1606 moest hij Rome verlaten omdat hij bij een duel om een vrouw zijn tegenstander had gedood. Hij stierf totaal berooid in 1610.
In de schilderkunst blonk hij al vroeg uit, niet alleen door zijn virtuositeit maar ook vanwege zijn unieke stijl. Zijn voorstellingen waren naturalistischer dan de gangbare barokke schilderwijze. Hij vernieuwde het metier ook met gevoel voor drama en een groot contrast tussen licht en donker. Hij gaf zijn heiligen rimpels, gescheurde kleren en zwarte nagelriemen en dat maakt ze menselijk. Caravaggio kreeg veel navolgers, nu bekend als ‘caravaggisten’. Een van de meest beroemde wat betreft de techniek van clair-obscur was Rembrandt. Die kwam waarschijnlijk met Caravaggio's werk in aanraking via diens Utrechtse navolgers: Gerard van Honthorst, Hendrik ter Brugghen en Dirck van Baburen, de schilders die in deze tentoonstelling centraal staan.
Rond hun twintigste reisden de jonge Utrechters - ieder voor zich - af naar Rome. Rome was begin 17e eeuw dé plek om kunst uit de oudheid en de renaissance te bestuderen en om je kunstopleiding af te ronden. In de eerste drie decennia van de 17e eeuw stonden in Rome 2700 kunstenaars geregistreerd, onder wie 572 buitenlanders. Het moet vanuit Utrecht een barre tocht geweest zijn: 1600 kilometer, over de Alpen. Van Honthorst, Ter Brugghen en Van Baburen woonden in Rome, probeerden er opdrachten te krijgen. Ze werkten voor kerken, kardinalen en edelen en bezochten herbergen, feesten en bordelen. Dit is allemaal terug te zien op de indrukwekkende tentoonstelling, die vooral ingaat op de verschillen tussen verschillende cavaraggisten.
Gerard van Honthorst (1592-1656), zoon van een decoratieschilder wordt wel beschouwd als een van Caravaggio's meest begaafde volgelingen en genoot internationale faam. Vanaf 1616 wordt hij vermeld in Venetië, Florence en Rome. Hij vond beschermheren in de gebroeders Vincenzo en Benedetto Giustiniani, woonde een tijd in hun paleis en kon zo hun weergaloze kunstcollectie bestuderen, waaronder veel werken van Caravaggio. Hij werd bekend om zijn toepassing van de verborgen lichtbron, zoals een kaars of toorts – de vlam is niet langer het lichtste deel van de compositie, maar de ruimte eromheen, waardoor een intiem beeldvlak ontstaat. In 1620 keerde Van Honthorst terug naar Utrecht. Van hem is onder meer een reusachtig altaarstuk 'De onthoofding van Johannes de Doper' uit de Santa Maria della Scala te zien. Dat schilderij verlaat voor deze tentoonstelling voor het eerst zijn plek op het altaar in de kerk.
Dirck van Baburen (1595-1624) werd geboren in Wijk bij Duurstede, maar zijn familie verhuisde korte tijd later naar Utrecht. In 1611 was Dirck in de leer bij de kunstschilder Paulus Moreelse. Rond 1612 reisde hij naar Rome. Van Baburen groeide uit tot een succesvol Romeins kunstenaar. Rond 1621 keerde hij terug naar Utrecht, waar hij bij zijn moeder en zuster op de Jansdam ging inwonen. Hij stierf reeds in 1624, nog geen dertig jaar oud. Na zijn dood verbleekte zijn roem snel. Pas in de twintigste eeuw is er een herwaardering voor zijn werk op gang gekomen.
Hendrick ter Brugghen (1588-1629) is bekend van zijn manshoge portretten van drinkers en muzikanten en ook van religieuze taferelen. Over Ter Brugghens leven is niet veel bekend. Zijn ouders woonden in Utrecht. Hij was in de leer bij Abraham Bloemaert in Utrecht. Rond 1607 maakte hij een studiereis naar Italië en in 1614 keerde hij terug naar Utrecht. In 1616 werd hij daar ingeschreven als lid van het Sint-Lucasgilde. Pas na 1620 werd zijn werk meer uitgesproken caravaggistisch, mogelijk beïnvloed door Van Honthorst en Van Baburen die rond die tijd terugkeerden uit Italië. Hij stond in de schaduw van Van Honthorst. Tegenwoordig is hij de meest gewaardeerde zeventiende-eeuwse schilder uit Utrecht en bevinden zijn schilderijen zich in musea over de hele wereld.
Niet alleen werk van deze drie Utrechters, maar ook van de Italianen Bartolomeo Manfredi, Orazio Gentileschi, Orazio Borgianni, de Fransman Valentin de Boulogne en de Spanjaard Jusepe de Ribera is werk te zien. Alles is thematisch ingedeeld. Door het werk op onderwerp te hangen, kun je de keuzes van verschillende kunstenaars mooi vergelijken. De tentoonstelling opent met de tekening 'Kruisiging van Petrus' door Gerard van Honthorst, een variatie op Caravaggio’s 'Kruisiging van Petrus'. Van Honthorst heeft het oorspronkelijke schilderij duidelijk als voorbeeld gebruikt, maar heeft ook zijn eigen keuzes gemaakt. Bij beiden hangt Petrus ondersteboven aan het kruis. Bij Caravaggio is zijn met een spijker doorboorde arm bedekt met lap stof en Honthorst koos ervoor om te laten zien hoe het kruishout door het inslaan van de spijker is gespleten.
Een thema dat mij het meest bijbleef was 'Christus en de schriftgeleerden': afbeeldingen van de twaalfjarige Jezus die zich met veel gemak en zelfvertrouwen staande houdt tussen de debatterende tanige schriftgeleerden in de tempel. Zijn ouders zijn hem dan al dagen kwijt en hij wordt steeds afgebeeld op het moment dat zij hem terugvinden. Op alle schilderijen is Jezus een roodharig jongetje. Bij Van Baburen is de meeste interactie.
Alle schilderijen zijn verhalend, ze kiezen steeds een moment in het verhaal waar veel drama aanwezig is en waar veel omheen te vertellen valt. De mensen hebben vaak een gelooide huid, knoestige voeten, rimpelige koppen, pezige lichamen. Er valt veel aan te beleven. Iets vrolijker stemmend dan de dramatische bijbelverhalen zijn de taferelen met gezelschappen rond de tafels, muzikanten, koppelaarsters. Allemaal prachtige gedetailleerde aardse portretten van echte mensen. Het zou zo nu kunnen zijn.
Dus ook al heeft u niets met Bijbelse figuren... Leg dat bezwaar even terzijde en ga gewoon kijken. Hoe uitgebreider een thema, hoe meer je erin duikt. Het is overweldigend knap en prachtig.
De tentoonstelling is georganiseerd in samenwerking met de Alte Pinakothek in München. In Utrecht is de tentoonstelling te zien tot en met 24 maart 2019. In München tot en met 21 juni 2019.
Adres: Centraal Museum, Agnietenstraat 1, 3512 XA Utrecht
https://www.centraalmuseum.nl/nl/tentoonstellingen/utrecht-caravaggio-en-europa
Tickets online bestellen: https://tickets.centraalmuseum.nl/